Liefhebbers van het oude wilde westen moeten minimaal eens in hun leven het stadje Tombstone in Arizona (USA) bezoeken. Hier vond in 1881 bij de OK Corral het beroemdste vuurgevecht uit de westerngeschiedenis plaats.
De geschiedenis van Tombstone
Tombstone werd in 1877 gesticht door Edward Lawrence (Ed) Schieffelin. Ed Schieffelin was destijds in dienst van het leger en maakte deel uit van een verkenning. Tegen het advies van zijn medesoldaten ging hij in de woestijn op zoek naar rotsen.
“The only Stone you will find is your own tombstone” werd hem verteld. Doch in plaats van zijn eigen grafsteen vond hij zilver. Met enig gevoel voor humor noemde hij zijn zilvermijn Tombstone.
Het gerucht dat er zilver was gevonden verspreidde zich snel. Gelukszoekers en avonturiers trokken naar het gebied. Zo groeide Tombstone uit tot een boomtown. In de jaren 80 groeide het van 100 inwoners naar 14.000.
Gunfight at the OK Corral
Tombstone is vooral bekend vanwege het vuurgevecht bij de OK Corral. Op 26 oktober 1881 beslechtten de gebroeders Earp, met aan hun zijde de beroemde revolverheld Doc Holliday, hun conflict met de gebroeders Clanton.
Het vuurgevecht, dat nog geen halve minuut duurde, ging de geschiedenis in als “The Gunfight at the OK Corral”. Maar eigenlijk vond het helemaal niet plaats bij de OK Corral zelf, maar op enige afstand in Fremont Street.
Tombstone, the town too tough to die
Het centrum van Tombstone werd tweemaal getroffen door een grote stadsbrand. De eerste was in juni 1881. Doordat de meeste gebouwen destijds van hout waren was het effect verwoestend. 60 Panden werden verwoest.
Nog geen jaar later werd Tombstone opnieuw getroffen door een grote brand. Hierbij brandde vrijwel het gehele uitgaansdistrict af. Bijna alle belangrijke saloons, restaurants, hotels en winkels gingen verloren.
Doch onmiddellijk na deze branden begon men alweer met de wederopbouw. Zo kreeg Tombstone de bijnaam “The town too tough to die”.
Tombstone anno nu
Vandaag de dag is wild west-toerisme de belangrijkste bron van inkomsten voor Tombstone. In 2012 was ik een van die toeristen. Als kind zag ik ooit de Hollywoodklassieker uit 1957 “Gunfight at the OK Corral”, met oa Kirk Douglas als Doc Holliday en Burt Lancaster als Whyatt Earp. Sindsdien was ik zo gefascineerd door dit vuurgevecht dat ik ooit Tombstone wilde bezoeken.
Aan de hand van mijn reisverslag vertel ik wat er allemaal te doen is in Tombstone.
Op naar Tombstone
In de ochtend van Zondag 29 april 2012 verliet ik mijn hotel in Phoenix Arizona. Het was het begin van een relatief korte rit van 300 kilometer richting de Mexicaanse grens.
De dag ervoor had ik Rawhide bezocht. Dit is een nagebouwd wild west-stadje nabij Phoenix. Ik maakte er een praatje met de machinist van het treintje dat de toeristen rondrijdt.
Toen ik hem vertelde dat ik de volgende dag naar Tombstone zou gaan reageerde hij enthousiast: “You gonna love Tombstone!”. Vervolgens vertelde hij dat het een plek vol historie was en dat er heel veel te zien is.
De rit met mijn gehuurde Chevrolet voerde door een landschap dat ik tot voor kort alleen uit Westerns kon. Kale zandvlaktes met rotspartijen en enorme cactussen. Heerlijk ontspannen rijdend op de cruisecontrole genoot ik van dit uitzicht.
Onderweg maakte ik nog een stop bij Pima Airbase, waar zich ook het bekende vliegtuigkerkhof bevind. Helaas had ik geen tijd voor een rondleiding en bleef het bij een paar foto’s vanaf de buitenkant. Bij mijn volgende bezoek plan ik hiervoor meer tijd in.
Het Tombstone Motel
Toen ik bijna bij Tombstone was stuitte ik op een controlepost, doch ik werd niet staande gehouden. Even later passeerde ik het kerkhof Boot Hill, waar o.a. de Clantons begraven liggen.
Kort nadat ik Tombstone was binnen gereden passeerde ik de achteringang van de OK Corral en de plek waar het vuurgevecht daadwerkelijk had plaatsgevonden. Ik bevond mij in Fremont Street. Hier bevond zich ook het Tombstone Motel, alwaar ik een kamer had geboekt.
Jaren later zag ik dit motel terug in een video op YouTube. Het ging over spookhotels, en dit was er een van. Alleen is inmiddels de naam veranderd in “Budget Host Inn Tombstone”. Overigens heb ik tijdens mijn verblijf niets gemerkt van spoken.
OK Corral
Nadat ik bij het Tombstone Motel had ingecheckt ging ik het historisch centrum verkennen. Als eerste wilde ik de OK Corral in het echt zien. Bij de OK Corral kon je een combikaart kopen voor de voorstelling in het naastgelegen “Tombstone’s Historama”, en een bezoek aan de OK Corral. In het Historama wordt doormiddel van animatronics de geschiedenis van Tombstone verteld.
Na de geschiedenisles was het tijd om de westerngeschiedenis in te stappen en de OK Corral te bezichtigen. Hier krijg je een interessant beeld van de tijd van het oude wilde westen. Ook wordt meerdere malen per dag de Gunfight at the OK Corral nagespeeld.
Historisch centrum Tombstone
Het historisch centrum van Tombstone bevind zich in een deel van East Allen Street. Dit gedeelte is alleen toegankelijk voor voetgangers. De straat wordt voornamelijk bevolkt door toeristen en cowboyacteurs.
De bezienswaardigheden liggen allemaal dicht bij elkaar en het is dan ook makkelijk in een dag te doen. Alleen wanneer je de begraafplaats Boot Hill wilt bezoeken heb je een auto nodig. Een alternatief is de Tombstone Trolley, een toeristisch “treintje” dat pendelt tussen het historisch centrum en Boot Hill.
OK Cafe
Na nog wat door East Allen Street te hebben geslenterd was het tijd voor een maaltijd. Ik ging naar het tegenover de OK Corral gelegen OK Cafe. In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden is dit geen cafe maar een restaurant, waar ze voortreffelijke hamburgers serveren.
Zoals overal in het zuiden van de Verenigde Staten zijn de serveersters zeer vriendelijk. De serveerster die mij bediende was geïnteresseerd in waar ik vandaan kwam. Toen ik vertelde dat ik uit Nederland kwam vroeg ze of ik ook Duits sprak.
Op deze vraag had ik niet gerekend in Amerika, maar toevallig spreek ik deze taal vloeiend. Ze vertelde dat de eigenares van het restaurant uit Duitsland kwam. Even later kwam ze naar me toe en maakte een praatje met me in het Duits.
Toen ik haar even later met het personeel hoorde praten viel me op dat ze perfect het locale dialect sprak. Overigens is de sfeer in Tombstone overal heerlijk relax.
Big Nose Kate’s Saloon
Toen de avond viel ging ik wat drinken in Big Nose Kate’s Saloon. Deze saloon is vernoemd naar Mária Izabella Magdolna Horony, een van oorsprong Hongaarse prostituee en de vriendin van Doc Holliday. Naar het schijnt stak ze haar neus vaak in andermans zaken, vandaar de bijnaam Big Nose Kate.
Op de plaats van Big Nose Kate’s Saloon stond oorspronkelijk het Grand Hotel. Bij de stadsbrand van 1882 werd dit echter grotendeels verwoest. Doch de lange bar overleefde het vuur en staat nu in de saloon. Bezoekers kunnen dus nog steeds aanschuiven waar ooit mannen als Doc Holliday en Whyatt Earp zaten.
In Big Nose Kate’s Saloon spelen regelmatig live artiesten. Ook hier hangt een relaxte sfeer en is het personeel uiterst vriendelijk.
Bird Cage Theatre
De tweede dag van mijn bezoek aan Tombstone begon ik met een ontbijt in OK Cafe. Vervolgens liep ik naar het andere eind van het voor autoverkeer afgesloten deel van East Allen Street. Hier bevind zich een opvallend roze stenen gebouw, het Bird Cage Theatre.
Het Bird Cage Theatre was in de tijd van het wilde westen een combinatie van een theater, saloon, gokhal en bordeel. Omdat het gebouw van steen is overleefde het de verschillende branden die Tomstone in de loop der jaren hebben getroffen. Hierdoor is het dan ook het oudste gebouw van Tombstone.
Bird Cage Theatre was operationeel van 1881 tot en met 1889. Nadat de mijnen van Tombstone sloten liep de klandizie terug en sloot ook het Bird Cage Theatre. Vandaag de dag is het een museum.
Volgens de verhalen zou het spoken in het Bird Cage Theatre. Zowel bezoekers als personeel zouden er vreemde dingen hebben meegemaakt. De een heeft een geestverschijning gezien, terwijl anderen beweren te zijn aangeraakt door iets onzichtbaars…
Het museum
Nadat ik een kaartje had gekocht in het winkeltje in het voorste deel kreeg ik nog enige uitleg. Vervolgens deed de medewerkster de deur naar het eigenlijke museum voor me open. Het was een zeer donkere ruimte en op de een of andere manier voelde het vreemd aan. Zou het hier echt spoken?
Men had in elk geval de ruimte zo minimaal verlicht dat het spookachtig aanvoelde. Daar kwam nog bij dat op de gallerij boven mij allemaal loges waren. In sommigen zaten etalagepoppen, waardoor je het gevoel had bekeken te worden.
In het Bird Cage Theatre staan allemaal attributen en rariteiten van destijds uitgestald. Zo bevindt zich bij de ingang een schedel die bij de bouw zou zijn gevonden. In een van de vitrines ligt een soort half vis half mens uitgestald. Geen idee hoe die hier ooit is gekomen.
Naast genoemde rariteiten staan er oude pokertafels en hangen aan de wand veel foto’s uit het roemruchte verleden van Tombstone. Op veel foto’s zijn prostituees te zien die in het Bird Cage Theatre werkten.
Voor het podium staat een oude piano achter een hekje. Aan weerszijden nog een loge op de begane grond. Onder het podium bevind zich een toegang naar de kelder, doch deze is afgesloten. Tegenwoordig betreed je de kelder via het podium…
Achter het podium staat een antieke lijkwagen, die waarschijnlijk vele malen tussen Tombstone en Boot Hill heeft gependeld. Wat deze in het Bird Cage Theatre doet? Ik vermoed dat hij er is neergezet om de sfeer nog wat spookachtiger te maken.
Wanneer je naar de trap naar de kelder gaat loop je recht op een lijkkist af met daarin een etalagepop. Waarschijnlijk bedoeld om de gasten even te laten schrikken en een onbehaaglijk gevoel te geven.
Langste pokerpartij ooit
In de kelder bevinden zich enkele ruimtes waarin de prostituees zich met de klanten terugtrokken. Verder bevond zich hier het pokergedeelte. Hoewel men boven in het theater ook enkele pokertafels heeft geplaatst was dit het feitelijke casino.
Hier werd 24 uur per dag, 7 dagen per week onafgebroken poker gespeeld. Dat ging zo van 1881 tot en met 1889. Daarmee heeft Tombstone het record van de langste pokerpartij ooit. Naar schatting is hier zo’n 10-miljoen Dollar vergokt, waarvan het Bird Cage Theatre 10% opstreek.
Vandaag de dag bevind zich in de kelder ook nog een souvenirwinkel. Daar maakte ik een praatje met Leroy Colomy, de manager van het Bird Cage Theatre. Jaren later moest ik op internet lezen dat hij op 9 juli 2014 was doodgeschoten na een ruzie…
Tombstone Trolley
Na mijn bezoek aan het Bird Cage Theatre wilde ik een rondrit maken met de Tombstone Trolley, in combinatie met een bezoek aan Boot Hill. Doch de Tombstone Trolley bleek niet te rijden deze dag. Iemand vertelde mij dat deze al enkele dagen kapot was.
Tegenover de station van de Tombstone Trolley was een Shooting Range (schietbaan) waar ik een kijkje nam. Hier kon je met een replica van een Colt .45 of een Winchester met verfpartonen schieten. Ik koos ervoor om met beide wapens de helft van de patronen te verschieten.
Leuk om te doen, maar het stelde niets voor met de machinegeweren waarmee ik een week later in Las Vegas zou gaan schieten. Op een schietbaan welteverstaan!
Een rit met de postkoets
Als alternatief voor de Tombstone Trolley besloot ik een ritje te gaan maken met de postkoets. Deze vertrekt vanuit East Allen Street en voert langs alle bezienswaardigheden in het centrum van Tombstone.
In de koets hangt een klein bordje met de tekst “The stage coach driver lives from tips”. Net als de obers en serveersters in Amerika, moest ook de rijder van de postkoets het hebben van fooien. Zij werken voor een zeer klein salaris.
Het is in Amerika dan ook gebruikelijk dat je fooien geeft. In de horeca is dat 15 tot 20% van het bedrag. Dat is ook de reden dat horecapersoneel bijzonder vriendelijk is. Na de rondrit gaf de rijder van de postkoets een biljet van 5 Dollar.
Cochise County Courthouse
Het volgende museum dat ik deze ochtend zou bezoeken was het Cochise County Courthouse, een voormalige rechtbank. Het zeer fraaie uit 1882 stammende gerechtsgebouw was in Victoriaanse stijl opgetrokken.
Net als het Bird Cage Theatre in het een van de weinige stenen 19e eeuwse gebouwen in Tombstone. Tot en met 1931 heeft het dienst gedaan als rechtbank. In 1956 werd het gebouw na een grondige renovatie opengesteld voor publiek.
Het museum geeft een aardig beeld van de Amerikaanse rechtspraak in de 19e eeuw. Ook zijn er foto’s te zien van een veroordeelde die volgens de publieke opinie een te milde straf had gekregen. Woedende omstanders hingen hem op aan een telegraafpaal.
Legale ophangingen vonden plaats op de binnenplaats van de rechtbank. Hier zijn de galgen nog te bewonderen. Toen ik er was, was de binnenplaats echter niet toegankelijk vanwege werkzaamheden. Hierdoor moest ik ze door de steigers heen fotograferen.
Tombstone Epitaph
Na een middagmaal in Big Nose Kates Saloon was het tijd voor een bezoekje aan de Tombstone Epitaph. Dit is een klein museum in de voormalige drukkerij van de krant Tombstone Epitaph.
Naast een interessante collectie 19e eeuwse drukpersen is hier nog iets interessant. Je kunt hier namelijk een herdruk van een artikel over het vuurgevecht bij de OK Corral krijgen. Net als de entree van dit museum is deze herdruk gratis.
Tombstone Consolidated Mines Company
Vervolgens stak ik East Allen Street over voor een bezoek aan de Tombstone Consolidated Mines Company. Deze voormalige zilvermijn is tegenwoordig een museum. Als mijnwerker uitgedoste gidsen leiden de bezoekers rond door de ruim 130 jaar oude mijn.
Boot Hill
Doordat de Tombstone Trolley niet reed moest ik met mijn huurauto naar Boot Hill. Ik besloot dit te combineren met een reeds gepland bezoek aan een nabijgelegen ghost town.
Boot Hill is de historische begraafplaats waar de doden van Tombstone hun laatste rustplaats vonden. Hier liggen onder andere de Clantons, die bij het beroemde vuurgevecht bij de OK Corral omkwamen. Verder veel graven met opmerkelijke opschriften.
Een van deze opschriften luidt: Here lies George Johnson. Hanged by mistake. 1882. He was right, we was wrong. But we strung him up and now he’s gone.
Een schrale troost voor wat je een “gerechtelijke dwaling” zou kunnen noemen. Deze tekst is overigens ook terug te vinden in de Ghost Town van het pretpark Knott’s Berry Farm in Californië.
Fairbank Ghost Town
Wanneer je vanuit Tombstone verder rijdt in noordelijke richting kun je, net voor de eerder genoemde controlepost, linksaf. Aan deze weg bevind zich Fairbank Ghost Town. Op een bepaald moment moet je rechtsaf een onverhard weggetje op. Dit leidt naar een parkeerterrein vanwaar je te voet verder moet.
Geschiedenis Fairbank
Fairbank Ghost Town is een echt spookstadje dat ontstond in in de 19e eeuw, langs de in aanbouw zijnde spoorweg. Oorspronkelijk heette het Junction City, daarna Kendall. In 1883 kreeg het de naam Fairbank.
Doordat het een spoorwegstation had was Fairbank een belangrijk verkeersknooppunt voor de wijde omgeving. Echter, toen de mijnen van Tombstone een voor een dicht gingen was het ook met de welvaart van Fairbank gedaan.
Velen trokken verder westwaarts, een klein deel bleef achter. De laatste bewoners verlieten Fairbank overigens pas in de jaren 70 van de 20e eeuw. Dit omdat de reeds afgetakelde gebouwen te gevaarlijk werden. Sindsdien is het een ghost town.
Vandaag de dag is Fairbank een historisch monument. Het terrein is open voor het publiek, maar de overgebleven gebouwen mogen niet worden betreden.
Een echte Ghost Town
Zo kwam het dat ik tijdens mijn bezoek aan Tombstone dit uitstapje maakte naar een echte Ghost Town. Ik was er helemaal alleen op deze maandag 30 april 2012. Dat maakte het “spookstadgevoel” compleet.
Voor spoken ben ik echter niet bang, wel voor de ratelslangen die je er tegen kunt komen. Daarom had ik stevige wandelschoenen met hoge randen aangetrokken.
In mijn eentje liep ik tussen de oude gebouwen rond. Hier en daar hoorde je zelfs een deur van een houten huisje klapperen in de wind. Een zeer apart gevoel, vergelijkbaar met enkele andere verlaten locaties die ik bezocht. Alleen was dit in een woestijn in het oude wilde westen!
Wat mij vooral interesseerde waren de restanten van het station. Ik ben sowieso al erg geïnteresseerd in transportmiddelen en het oude wilde westen. Maar deze duizenden mijlen lange spoorwegen van weleer spreken zeer tot mijn verbeelding.
Van het treinstation is nog een houten perron over. Door het klimaat is het hout goed bewaard gebleven, doch helemaal veilig zag het er niet uit. De spoorweg zelf is overigens al lang verdwenen. Wel is nog goed te zien waar het spoor liep.
“You gonna love Tombstone”
Het was inmiddels al bijna avond toen ik weer in Tombstone arriveerde. Na een avondmaal in de saloon heb ik nog wat door het historisch centrum geslenterd. Het was een drukke maar zeer geslaagde dag.
De volgende ochtend verliet ik na een ontbijt bij Morgans Restaurant in alle vroegte Tombstone. Op weg naar nieuwe avonturen in Wickenburg, Las Vegas, Barstow en Los Angeles. Maar ooit hoop ik weer terug te keren in Tombstone. De machinist uit Rawhide had gelijk gekregen toen hij zei “You gonna love Tombstone”.